Laatst had mijn vrouw een gesprek over het boek Warmtefort. Marieke Lucas Rijneveld schrijft in dat boek over ‘kleine goedheid’. Met kleine goedheid maken mensen duidelijk dat ze je zien en waarderen, dat je er echt mag zijn. Het gesprek ging over de keuze om blijken van kleine goedheid aan anderen te betonen. Verbaasd vroeg haar gesprekspartner: ‘Is dat dan een keuze?’ Daar kies je niet voor, dat doe je gewoon, vond ze. En inderdaad, zo kennen wij haar: een stralende lach voor een kind, een bemoedigend klopje op je arm, een welgemeende knuffel, een hartelijk gesprek met een eenzame oudere, een kaartje voor een zieke. Het zit in haar en verschijnt als vanzelf.
Die houding past bij wat Roger Burggraeve schrijft in zijn boek Geen toekomst zonder kleine goedheid: ‘Ze is een goedheid zonder getuigen, in stilte voltrokken, bescheiden, zonder triomf. Ze ontsnapt aan elke ideologie. Je kunt ze zelfs karakteriseren als een ‘gedachteloze goedheid’, precies omdat ze buiten elk systeem, elke religie, elke sociale organisatie valt. Ze is gratuit, en juist daardoor eeuwig.’ Zo’n vorm van gedachteloze goedheid lijkt als vanzelf te ontstaan, lijkt er gewoon te zijn.
Toch hebben we een keuze. Het boek van Burggraeve gaat over de filosofie van Levinas. Levinas stelt dat de kwetsbaarheid van de ander een onweerlegbaar appel doet op onze verantwoordelijkheid. Dat appel is er of we willen of niet. De keuze ligt in het er wel of niet gehoor aan geven. Elk mens heeft de vrijheid het appel van de ander te weerstaan; het appel is onweerlegbaar maar niet onweerstaanbaar.
Daarmee is er ook een keuze aan wie of wat je kleine goedheid betracht. Een kind dat gevallen is en in huilen uitbarst krijgt als vanzelf een troostende omhelzing. Een bekende die het moeilijk heeft zoek je eens extra op. Maar hoe staat het met het kind dat ik niet ken en hulp nodig heeft op school? Of de mens van een ander continent die honger lijdt omdat ik vlees eet, zoals Marcia Luyten indringend schrijft in de Volkskrant. Of het intelligente varken dat opgesloten zit in een hok met niet meer dan de wettelijk toegestane ruimte van 0,65 vierkante meter. Of het koraal dat sterft door opwarming van de oceaan. Ook zij doen een appel op onze verantwoordelijkheid. Een appel dat alleen gemakkelijker te weerstaan lijkt, omdat het minder nabij is of voelt.
Ook die grote vragen hebben met kleine goedheid te maken. Kleine goedheid behelst doen wat kan. Te vaak nog gaat het maatschappelijk debat over uitersten. Iemand is racistisch of is dat niet, je leeft helemaal duurzaam of je doet dat niet. Het is alles of niets. Die zienswijze kan verlammend werken, omdat je bijvoorbeeld niet ziet hoe je kan voldoen aan de hoge eisen van volledig duurzaam leven. Een paar dagen per week geen vlees eten, is niet goed genoeg. Maar de realiteit is dat de meeste mensen ergens tussen de uitersten in zitten. En iedere stap in de goede richting is er één, ieder stapje telt. Kleine goedheid houdt in dat je die stap zet.
Het besef dat er een keuze is stimuleert om op zoek te gaan naar mogelijkheden om kleine goedheid te betonen. Er zijn legio kansen. In de trein met een vriendelijke groet naast iemand gaan zitten aan wie je anders voorbij loopt. Op je werk die stagiair met een voor jou moeilijk uit te spreken naam een extra steuntje in de rug geven. Minder vlees eten zodat er meer voedsel overblijft voor mensen elders op de wereld. De auto laten staan zodat er een stukje koraal in leven blijft. Allemaal haalbare blijken van kleine goedheid.
Het is bijzonder om te ervaren dat kleine goedheid als vanzelf in je opkomt, dat is ‘het menselijke in elk mens’ volgens Levinas. Beseffen dat het ook een keuze is, helpt om er bewust voor te kiezen en zo de kracht ervan te versterken en te verbreden. Daarbij kan niemand de hele wereld op haar schouders nemen. Dat hoeft ook niet. Alle blijken van kleine goedheid bij elkaar vormen de beweging naar een waardige wereld voor alle levende wezens.
Of mijn doen en laten de “kleine goedheid” bevat? Ik vraag me dat af of mijn doen en laten wel zo is op het moment dat iets mij overspoelt. Dan kan zorg zijn, je werkplek, je relatie, kortom alles wat me van binnen raakt.
Is de oorlog dan een “kleine goedheid”? Het kan nooit goedheid zijn als we de ander naar het leven staan. De oorsprong van de oorlog ligt vanbinnen in een mens, die de grens overschrijdt bij de ander. Om welke reden dan ook. Kan macht zijn, angst zijn, geldingsdrang, zelfs de drang dierbare(n) te verdedigen.
Inderdaad de mens moet zelf kiezen en daarbij is het belangrijk dat de mens zichzelf leert kennen en de ruimte krijgt zich zelf te vinden. Vandaaruit de keuze maken om telkens weer het warmtefort te willen zijn. Op mijn vierkante meter de “kleine goedheid” = het grote wonder te laten zien.
Ook zo zit de wereld in elkaar, maar dit is “gewoon” denken we bij de “kleine goedheid”. Maar is oorlog dan ook gewoon? Iedereen die hierover nadenkt kent deze 2 uitersten. De keuze voor wat wij willen en voorstaan is snel gemaakt. Toch zijn dit geen keuzen, maar het overkomt mensen vaak, omdat ze geen invloed op de “wereldontwikkeling” hebben. De samenhang van het geheel kan wel natuurgeweld accepteren en de biologie en natuurwetenschappen overwinnen, maar oorlog tussen volkeren blijft onnodig en onacceptabel en zinloos en is heel moeilijk te verwerken. Wetenschap, vertrouwen in de toekomst, saamhorigheid zullen de mens een menswaardige wereld kunnen opleveren, maar de mens zelf moet deze weg kiezen. Het is vrij eenvoudig. – We hebben geen andere keuze-!!!???